top of page

Dossier Bosrankstraat 23

Toelichting komst Forensisch Centrum op Bosrankstraat 23

​

Sinds 24 augustus 2018 heeft het Forensisch Centrum haar intrede genomen in de Bosrankstraat. De inhuizing gebeurde zonder dat omwonenden en de gemeente Amsterdam vooraf zijn geïnformeerd. Via de website moesten bewoners er achter komen dat het ging om een commerciële instelling die vierentwintig uur per dag forensische zorg en woonbegeleiding biedt aan een groep jeugddelinquenten met een hoge kans op het opnieuw plegen van strafbare feiten (top-400/ top-1000). Het Forensisch Centrum vormt een alternatief voor gesloten jeugdzorg of plaatsing in een Penitaire Instelling Jeugdigen. Dit wordt in de volksmond ook wel jeugd TBS genoemd.

​

Volgens de website richt het Forensisch Centrum zich met haar behandelaanbod op delinquenten in de leeftijd van 16 tot 24 jaar uit het hele land met “ernstige gedrags- en impulsstoornissen […]. Meestal is er middelenmisbruik of afhankelijkheid van middelen voorkomende uit een zwakke stress- en emotie-regulatie en coping. De meesten kunnen gediagnosticeerd worden met een ernstige cluster-B persoonlijkheidsstoornis (antisociaal, narcistisch)1 Zij vormen vanwege hun diversiteit van problemen, in combinatie met zwakbegaafdheid of een licht verstandelijke beperking (LVB) en een leeftijd waarin impulscontrole nog volop in ontwikkeling is, een hoog risico op recidive. Naar eigen zeggen zijn zij erg moeilijk behandelbaar en te begeleiden” (bron: www.forensischcentrum.com).  

 

Ondanks de schok stonden veel bewoners van de Bosrankstraat open voor het initiatief (bron: Memo Erna Berends). Wel hadden bewoners vragen. Over het beleid, over verantwoordelijkheid, en over de wijze waarop de veligheid wordt geborgd. Een informatiebijeenkomst waar het Forensisch Centrum na lang aandringen van de Gemeente haar medewerking aan verleende, bracht echter meer twijfels dan antwoorden. Zo wees de directeur van het Forensisch Centrum elke verantwoordelijkheid buiten de voordeur resoluut af en waarschuwde zij de buurt om delinquenten niet aan te spreken op straat, vanwege mogelijke onvoorspelbare reacties aan de zijde van delinquenten.

 

Door het nalaten van een goede veiligheidswaarborging zowel in als naar de omgeving en het afwijzen van de eigen verantwoordelijkheid sloegen twijfels om in zorgen. Zorgen sloegen om in structurele gevoelens van onveiligheid door de vele incidenten die zich na de bijeenkomst bleven stapelen. In het afgelopen jaar zijn er volgens verklaring van de politie 27 incidenten geweest, waarvoor de politie 17 maal moesten uitrukken. Op verzoek is een logboek op te vragen met incidenten waar bewoners melding van hebben gedaan bij de politie.

 

Zoals toegelicht in dit dossier, worden gevoelens van onveiligheid verder versterkt omdat incidenten niet worden opgevolgd met adequate actie of zelfs stelselmatig afgezwakt of ontkent. Ook is er geen systeem van checks en balances van kracht, vanuit de overheid of de gemeente, om het functioneren van een kleinschalige, commerciële forensische instelling te controleren. Er is geen toezichtsorgaan of inspectie waar buren meldingen kunnen doen om het gebrekkige functioneren van dit centrum onder de aandacht te brengen.

​

Een woonhuis of gevangenis?

 

Het pand waar het Forensisch is gevestigd is een smal woonhuis met vier verdiepingen. Een dergelijk woonhuis is niet gebouwd om mensen op te sluiten (al dan niet alleen ’s nachts, bijvoorbeeld in geval van een enkelband), en ook niet gebouwd als wooneenheid die begeleiding in staat stelt om overzicht te bewaken. Het huis staat als een gewone woning in een (te) makkelijke verbinding met de twee naastgelegen woningen. Zo gebeurt het met regelmaat dat delinquenten ’s nachts uitbreken, op het balkon van de buren staan, of dat vrienden inbreken om delinquenten te bezoeken. Hierdoor ontstaan gevaarlijke situaties, voor bewoners van de Bosrankstraat maar ook voor delinquenten zelf. Zo raakte een delinquent gewond nadat hij s ‘nachts uit het raam sprong. In geval van brand kunnen bewoners niet goed wegkomen. Dat bleek onder andere ook in oktober 2018 toen de keuken op de derde verdieping vlam vatte. Een delinquente moest uit het raam klimmen en langs de gevel naar het balkon van de buren overstappen, waar zij vast kwam te zitten. Eerder die week was een mobiele brandtrap verwijderd toen deze door een andere delinquente werd gebruikt om te ontsnappen.

 

Onveiligheid voor de buurt

 

Het Forensisch Centrum onder leiding van directeur Daphne Breuker, lijkt tot nu toe niet op haar taak voorbereid en niet capabel om de risico’s die een dergelijke forensische instelling met zich mee brengt, te managen. De eigen regels—geen drugsgebruik, binnen zijn voor 23.00 (voor diegene met enkelband), niet hangen in de straat, en geen bezoek ontvangen – worden structureel niet nageleefd. Er is geen beveiliger in het pand aanwezig, alleen een begeleider die soms enkel bestaat uit een stagiair of een conciërge, zo blijkt uit stukken die zijn verkregen met de Wet Openbaarheid van Bestuur. Het telefoonnummer dat buren kunnen bellen in geval van nood wordt bijna nooit opgenomen. Vaak moest contact gelegd worden met de politie om op te treden.

​

Sinds de komst van het Forensisch Centrum is dat zeer regelmatig gebeurd, onder andere vanwege huisvredebreuk, agressie, diefstal, vandalisme, dreigende uitingen, seks in een auto in de Bosrankstraat, voor alle zeer jonge kinderen te zien, openlijk drugs- en drankmisbruik, geluidsoverlast, interne gevechten, ruzie met elkaar en met de buren.

​

Hierdoor “staat de leefbaarheid in de buurt en het veiligheidsgevoel van bewoners erg onder druk”, zo concludeert ook stadsdeelvoorzitter Erna Berends. In een memo aan wethouder Laurens Ivens verklaart zij: “Ondanks verschillende pogingen om tot afspraken te komen met het Forensische Centrum, is het Centrum niet bij wille of in staat om deze situatie te verbeteren of te veranderen. Telkens worden huisregels en afspraken met de buurt niet nageleefd: men is slecht bereikbaar voor overleg en onze indruk is dat men de signalen vanuit de buurt, vanuit het stadsdeel en/of de wijkagent niet serieus neemt." (bron: memo Erna Berends als onderdeel van documenten Wet Openbaarheid van Bestuur, 2019).

 

Volgens de memo van Erna Berends oordeelt de gemeente maar ook jeugdzorg dat het Forensisch Centrum “ernstig tekort schiet in hun handelen”. Laatstgenoemde partij acht het zelfs onverantwoord dat sommige delinquenten mogen verblijven in deze instelling na herhaaldelijke incidenten (bron: memo Erna Berends als onderdeel van documenten Wet Openbaarheid van Bestuur, 2019).

 

Gebrekkig pedagogisch klimaat

​

Ondergetekenden maken zich zorgen over de kwaliteit van zorg en het pedagogisch klimaat die het Forensisch Centrum biedt. Op de website van het Forensisch Centrum is te lezen dat cliënten “een grote structuurafhankelijkheid en pedagogische ondersteuningsbehoefte” hebben. Een “intensieve en frequente begeleiding” is volgens het Forensisch Centrum “noodzakelijk om escalatie […] te verkleinen” en om cliënten “zo optimaal mogelijk te kunnen beïnvloeden en bijsturen richting een positieve ontwikkeling” (www.forensischcentrum.com). Delinquenten lijken echter geen zinvolle dagbesteding te hebben. Delinquenten die binnen een afzienbare straal naar buiten mogen (bijv. in geval van een enkelband) hangen soms uren achtereen op straat, waar zij drinken, drugs gebruiken of seks hebben. Dat gebeurt voor de ogen van kinderen en begeleiding.

 

Ook worden delinquenten niet gecorrigeerd. “Het voornaamste doel van het FPM is het verlagen van de risicofactoren voor het (opnieuw) plegen van een ernstig geweldsdelict of ernstig overlast gevend gedag.” Op de website staat te lezen dat er derhalve “stevig grenzen moeten worden gesteld”. Drugsgebruik wordt toegelaten, op het overtreden van regels lijken geen sancties te volgen, incidenten worden niet gerapporteerd aan Jeugdzorg, en richting de politie worden incidenten afgezwakt of ontkent.

 

Nu nog experiment, straks op elke willekeurige plek in de stad?

 

Het Forensisch Centrum is een nieuw concept, onder andere bedacht als alternatief voor PIJ. Omdat het zo nieuw is lijken er geen wettelijke kaders te zijn die kunnen voorkomen dat dit soort instellingen zich op elke willekeurige plek kunnen vestigen, of de komst ervan in een woonwijk onderwerpt aan voorwaarden en regels. Dat is zorgelijk. “Steeds meer kleine zorgbedrijven mogen zorg bieden aan (ex)-gevangenen en (ex)-tbs'ers. Zogenoemde forensische zorg. De open zorginstellingen kunnen de veiligheid van cliënten, personeel en omwonenden in hun ogen onvoldoende garanderen”. Dat concluderen deskundigen na onderzoek van Omroep Gelderland (www.omroepgelderland.nl)

 

Inmiddels hebben bewoners vernomen dat het concept wordt uitgerold op andere plekken in de stad en ook daarbuiten.

 

Geen controle, checks of balances

​

In het web van instellingen (gemeente, jeugdzorg, rechterlijke macht, zorginspectie etc.) is er bovendien weinig tot geen zicht op het functioneren van het Forensisch Centrum. Hoewel de komst van het Forensisch Centrum directe impact heeft op omwonenden, kunnen zij geen meldingen doen als zij zich zorgen maken over veiligheid. Het maakt dan niet uit of het om zorgen over de eigen veiligheid gaat, of de veiligheid van de delinquenten die in het pand wonen. De buurt heeft meldingen gedaan bij een grote verscheidenheid aan instellingen waaronder Jeugdzorg, jeugdbescherming, zorginspectie, meldpunten bij de gemeente Amsterdam. Telkens krijgt de buurt te horen dat bewoners geen meldingen of klachten kunnen indienen. Dat kan alleen door patiënten zelf, hun familie of behandelaars. Ook de gemeente stelt dat er onvoldoende zicht is op de behandelmethoden en methodieken van het Forensisch Centrum (bron: Memo Berends als onderdeel van Wet Openbaarheid van Bestuur documenten, 2019).

 

Commerciële belangen

 

Behandelaars of bestuurders doen geen meldingen van incidenten, of geven hier aantoonbare valse verklaringen over af richting politie, jeugdzorg en WTzI. Mogelijk is dat omdat men wil voorkomen dat de straf in het Forensisch huis wordt omgezet in een onvoorwaardelijke PIJ-maatregel als blijkt dat delinquenten zich niet houden aan de voorwaarden. Zoals ook geconcludeerd in het onderzoeksrapport van de raad van Veiligheid naar de wijze waarop Forensische zorg wordt verleend: "Het onderzoek schetst een beeld van een sector waarin de nadruk ligt op zorg voor de patiënt en veel minder op de taak om de samenleving te beschermen tegen de risico’s van terugkerende delinquenten” (bron: Onderzoeksraad voor de Veiligheid, 2019).

 

Commerciële belangen spelen hier mogelijk ook een belangrijke rol in. Het Forensisch Centrum heeft er immers baat bij dat er via de zorgbudgetten van delinquenten inkomsten binnen komen. De commerciële maar vooral persoonlijke belangen zijn dusdanig dat men ten koste van alles wil dat dit experiment slaagt. Zoals eerder genoemd gaat het Forensisch Centrum, willens en wetens, over door hen zelf gestelde toelaatbare grenzen heen (zie o.a. huisregels www.forensischcentrum.com), en handelt het centrum tegen deskundig advies in (Jeugdzorg, Raad voor de kinderbescherming, Openbaar Ministerie) (bron: documenten Wet Openbaarheid van Bestuur, 2019).

​

Niemand neemt verantwoordelijkheid

 

Onderling is er discussie over wie verantwoordelijk is in het geval van (ernstige) incidenten. Het Forensisch Centrum wijst naar Jeugdzorg, Jeugdzorg wijst naar het Forensisch Centrum. Ministerie van Justitie en Veiligheid wijst naar de gemeente, de gemeente naar de overheid. De gemeente acht het onwenselijk dat het Forensisch Centrum zich op deze plek vestigt, en heeft een procedure opgestart om het centrum te laten vertrekken, zonder succes zo blijkt uit stukken die zijn verkregen in het kader van de Wet Openbaarheid van Bestuur. De gemeente blijkt namelijk geen juridische kaders tot haar beschikking te hebben om de woning te ontruimen. Omdat het idee van een forensisch centrum in een woonwijk zo nieuw is staat deze niet opgenomen als uitsluitingsclausule binnen een bestemmingsplan. Met de kwaliteit van zorg mag de Gemeente zich niet bemoeien.

 

Bronnen

​

>  Documenten Wet Openbaarheid van Bestuur, waaronder memo “Forensisch Centrum” van Erna Berends (2019, 17 mei). Verkrijgbaar op verzoek via forensischexperiment.bsh@gmail.com.

 

>  Forensisch Centrum (n.d.). Verkregen via www.forensischcentrum.com


>  Logboek Incidenten (2019). Verkrijgbaar op verzoek via forensischexperiment.bsh@gmail.com.

 

> Omroep Gelderland (2019, 19 februari). Beschermd wonen veel te vrij; tbs-behandeling is hierdoor weggegooid geld. Verkregen via deze link

​

> Onderzoeksraad voor de veiligheid (2019). Forensische instellingen te weinig gericht op veiligheid. Verkregen via deze link

​

bottom of page